Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En zo [iemand van hen] komt, om [mij] te [12]zien, hij spreekt [13]valsheid; zijn hart vergadert zich [14]onrecht; [15]gaat hij uit naar buiten, hij spreekt er van. 12. Dat is, om mij te bezoeken, te zien hoe het met mij is. 13. Hij houdt zich of hij het van harte wel meende, maar denkt mij alles kwaads toe, dat hij uitspreekt als hij van mij is, bij zijns gelijken. 14. Of, ondeugd, ongerechtigheid, verdriet, boosheid. 15. Of, gaat uit, buiten spreekt hij er van.